Bouwman, die in 2022 zijn grootste successen behaalde met het winnen van twee ritten en het bergklassement in de Giro d’Italia, kijkt met veel plezier terug op zijn tijd bij de geel-zwarte formatie. “Het was echt een supermooie tijd. Ik heb de afgelopen tien jaar met fantastische mensen mogen werken, van wie ik veel heb geleerd en waardoor ik als persoon enorm gegroeid ben. Ik was nooit het grootste talent, maar door samen met de ploeg hard te werken heb ik een mooi niveau bereikt waardoor ik prachtige overwinningen heb geboekt.”

“Ik heb heel veel mooie herinneringen”, gaat de Nederlander verder. “Ik heb veel mooie trips gemaakt en altijd met een mooie groep mensen mogen werken. Ik ga een heel warm bad verlaten, wat de keuze om de stap te maken ook moeilijk maakte. De structuur van de ploeg is uniek, en daar heb ik enorm veel plezier aan beleefd waardoor ik veel mooie momenten de afgelopen jaren heb gehad.”

Ook Maassen kijkt met veel plezier terug op Bouwman’s tijd binnen de ploeg. “Koen ga ik enorm missen. Hij is altijd een enorme teamspeler geweest en dacht vaak in het belang van de ploeg, anders had hij waarschijnlijk nog meer kunnen winnen. Koen is een geweldig leuke kerel en ook gewoon een goede renner. Hij heeft een aantal speciale dingen laten zien en hij was een belangrijke renner in de opbouw van de ploeg.”

“We missen onze kopman Olav, maar we gaan er alles aan doen om een etappe te winnen”, gaat de ploegleider verder over de doelstelling van de ploeg. “Het lijkt erop dat het vier sprintetappes worden en we missen met Olav Kooij onze sprinter, maar ons doel is nog altijd etappewinst. Daarnaast proberen we met Milan Vader voor een goed klassement te gaan en hoop ik dat de jongens die bij ons vertrekken op een goede manier hun laatste wedstrijd kunnen rijden, dat zou ik hun enorm gunnen.”

Bouwman kijkt, ondanks een lastige voorbereiding, uit naar zijn laatste koers voor de geel-zwarte formatie. “Vanwege mijn valpartij tijdens de Bemer Cyclassics was september geen gemakkelijke maand, en kon ik niet veel trainen. Gelukkig voel ik me nu beter en kijk ik er enorm naar uit om nog één keer alles te geven voor de ploeg en voor de jongens waarmee ik samen aan de start sta.”