Diskwalificatie zet streep door winst Vos in Vargarda WestSweden Road Race
Een diskwalificatie heeft roet in het eten gegooid voor Marianne Vos in de Vargarda WestSweden Road Race. De Nederlandse van Team Jumbo-Visma leek op overtuigende wijze de zege te pakken, maar werd na de wedstrijd gediskwalificeerd omdat Vos kort met de onderarmen op het stuur steunde.
Lang leek de koers de goede kant op te gaan voor Vos en Team Jumbo-Visma. Een groep van vier reed in de finale weg, met daarbij de kopvrouw van de geel-zwarte formatie. In de sprint rekende Vos af met haar concurrenten, waarna ze haar handen in de lucht mocht steken.
Na de finish bleek de vreugde van korte duur. “Het is flink balen, maar het is niet anders”, begint Vos.
"Het is jammer, maar het is een regel."
“Toen ik in die ‘puppy paw-houding’ lag, besefte ik na een paar seconden dat het niet mocht. Daarna heb ik zo snel mogelijk overgepakt naar de juiste houding. Blijkbaar was het voor de UCI toch voldoende om me te diskwalificeren. Dat zullen we moeten accepteren.”
Ondanks de teleurstelling van het mislopen van de overwinning weet Vos objectief te blijven. “Het is jammer, maar het is een regel. Die regel wordt dan ook streng gehandhaafd. Normaal gesproken lig je nooit in die houding. Ik baal er wel van, omdat ik er geen voordeel van heb gehad, maar regels zijn regels.”
"Ik denk dat de diskwalificatie van vandaag niets afdoet aan de teamprestatie."
Over de wedstrijd zelf was de kersvers winnares van de groene trui in de Tour tevreden. “Het ging heel goed vandaag. Het was even schakelen om weer in koers te zitten. De afgelopen week stond in het teken van herstellen van de Tour. Dan kom je ineens weer in de hectiek van een wedstrijd terecht. Ik ben enorm door het team geholpen om er weer in te komen. We waren alert en zaten goed van voren. Ik ben blij met de manier waarop we deze wedstrijd hebben gereden.”
“Ik denk dat de diskwalificatie van vandaag niets afdoet aan de teamprestatie”, vertelt ook ploegleider Carmen Small. Ze kijkt met trots terug op de wedstrijd. “Onze rensters waren continu van voren en deden wat ze moesten doen. Ze reden als een echt team. Uiteindelijk is het wat het is en moeten we het accepteren. Ook dit is wielrennen. We kunnen met opgeheven hoofd naar de volgende wedstrijd.”