Roglic behoudt tweede plek na korte bergetappe Giro d’Italia
Primoz Roglic staat na de veertiende etappe in de Giro d’Italia nog steeds op de tweede plek in het algemeen klassement. In de korte etappe naar Courmayeur finishte de Sloveen op de negende plaats in een groepje met favorieten.
Na een snelle en zware openingsfase werd het peloton gecontroleerd door Team Jumbo-Visma. Op de voorlaatste klim van de dag spatte alles uiteen en vochten de klassementsrenners een onderlinge strijd uit. Roglic finishte uiteindelijk op bijna twee minuten van winnaar Carapaz, die ook de nieuwe drager van de roze trui is. De kopman van Team Jumbo-Visma volgt op zeven seconden in de algemene rangschikking.
Roglic kijkt terug op een pittige etappe. “Vanaf het begin ging het erg hard, vooral de eerste dertig kilometer. Ik voelde me goed en het team werkte hard. We namen de verantwoordelijkheid, waar ik mijn ploeggenoten voor moet complimenteren. Op de laatste klim was het man tegen man en zat iedereen op zijn limiet te rijden.”
“Na een zware start kwam alles bij elkaar”, blikt ploegleider Jan Boven terug. “Vanaf toen hebben we de koers gecontroleerd. Zowel de mannen voor de vlakke stukken als de jongens voor de bergen hebben goed werk geleverd en gedaan wat ze konden. In de finale zagen we hetzelfde tactische spel als gisteren. Er werd naar elkaar gekeken, waarna Carapaz de trui pakte. Dat is een spannend spel. Heel mooi om te zien, want wij zijn natuurlijk hier om daarin onze rol te spelen.”
Ook ploegleider Addy Engels zag zijn renners een goede koers rijden, maar ziet een concurrent dichterbij komen. “De laatste etappes waren het steeds renners die verder geplaatst stonden in het algemeen klassement die dichterbij kwamen, maar nu is er een gevaarlijke renner Primoz voorbij in het klassement. Natuurlijk zijn Nibali en Carapaz concurrenten voor het klassement, maar dat zijn er nog een aantal meer. We hebben gezien dat als de koers echt ontploft, eigenlijk alleen Movistar nog een mannetje extra heeft. De komende ritten worden belangrijk.”