Het peloton reed in de eerste fase van de koers gemiddeld meer dan vijftig kilometer per uur. Een groep van veertien renners vormde de ontsnapping, maar de vluchters werd niet meer dan drie minuten voorsprong gegund. Het was mede aan Team Jumbo-Visma te danken dat het merendeel van de koplopers werd ingerekend nog voordat de laatste twee beklimmingen opdoemden. Tony Martin nestelde zich op kop van het peloton en dan weet je het wel. Lawson Craddock zag als laatste vluchter op vijf kilometer van de streep het peloton voorbij razen.

Na knechtwerk van onder anderen Robert Gesink en Jonas Vingegaard was het aan Kuss en Kruijswijk om de zwart-gele eer hoog te houden in de frontlinie. Beide renners van Team Jumbo-Visma deelden enkele speldenprikjes uit, maar het lukte niet om weg te geraken uit de groep der favorieten. Het was Tao Geoghegan Hart die als eerst aanzette voor een eindschot. Kruijswijk en Kuss reageerden, maar op de streep streden anderen voor de winst. Kruijswijk steeg door zijn rol op de voorgrond enkele plekken in het algemeen klassement. De Brabander staat nu negende.

Kuss zag door de hoge snelheid in de slotfase geen mogelijkheid om weg te geraken uit de groep met klassementsrenners. “De snelheid lag de gehele dag hoog. Ook op de slotklim werd er een hoog tempo gehanteerd. Het was onmogelijk om weg te springen uit de groep. Het lag erg voor de hand dat het zou eindigen in een sprint. Desalniettemin kunnen we tevreden terug kijken op de etappe van vandaag. Het is lastig om te zeggen hoe de verhoudingen precies liggen, omdat we morgen pas richting het echte hooggebergte trekken.”

Kruijswijk deelt dezelfde mening als zijn ploeggenoot. “We hebben onszelf vandaag een aantal keren getoond. Als we hier rond zouden rijden met slechte benen, dan hadden we niet van voren gezeten. We zijn de etappe van vandaag goed doorgekomen. We hebben goed kunnen opwarmen voor de bergen die morgen en zondag op het programma staan.”

“We hebben vandaag weer een beetje vertrouwen getankt”, verklaarde ploegleider Grischa Niermann. De Duitser zag zijn ploeg in de breedte goed voor de dag komen. “Steven en Sepp reden in de finale goed van voren. We wisten op voorhand dat de aankomst niet echt op hun lijf geschreven zou zijn. Robert, Jonas en ook Tony reden ook een sterke koers. Zij hebben getoond dat ze tegen een goed niveau aanzitten. Dat geeft de renners zelf ook moraal en dat kunnen we altijd gebruiken in aanloop naar de Tour de France. Dit zijn de kleine stukjes die ons telkens iets beter maken.”