Team Jumbo-Visma op weg naar Brest
Op 26 juni gaat de Tour de France van start. De 108e editie van La Grande Boucle start in Brest en finisht zoals gewoonlijk drie weken later op de Champs-Élysées in Parijs. Hoe zag de voorbereiding van de renners van Team Jumbo-Visma eruit? Hieronder lees je acht ‘routes naar Brest’.
Primoz Roglic
Primoz Roglic maakt zich op voor zijn vierde deelname aan de Tour de France. In voorgaande edities wist hij in totaal drie etappes te winnen. Dit jaar opende Roglic zijn wielerseizoen op voortreffelijke wijze in Parijs-Nice. De Sloveen ging met drie etappes aan de haal en leek op weg naar de eindzege, totdat twee valpartijen in de slotetappe roet in het eten gooiden. Een kleine maand later revancheerde hij zich door de Ronde van het Baskenland te winnen.
De kopman van Team Jumbo-Visma bereidde zich voor op de Tour middels twee hoogtestages. Zijn laatste koersdag dateert van 25 april. “Ik heb er vertrouwen in dat ik in orde ben. Normaal gesproken reageer ik heel goed op een hoogtestage. In voorgaande jaren heb ik ook wel eens een break gehad zonder koersen te rijden. Denk aan de periode tussen de Giro d’Italia en de Vuelta a España in 2019 of de coronaperiode in 2020.”
Steven Kruijswijk
De nummer drie van de Tour van 2019 staat dit jaar weer aan de start van de Ronde van Frankrijk, nadat hij de editie van vorig jaar miste door een schouderblessure. Kruijswijk werkte zijn koerskilometers dit jaar af in onder andere de Ronde van Romandië en het Critérium du Dauphiné. Met een geslaagde hoogtestage in Tignes legde hij de laatste hand aan zijn voorbereiding op de Tour de France.
“Ik ben blij dat ik hier ben en ik kijk uit naar de start van de Tour. De afgelopen periode heb ik samen met het team hard gewerkt. Ik moet proberen in de finales bij Primoz te blijven en dan zullen we zien wat we kunnen bereiken. We hebben een mooie ploeg en we zullen de komende drie weken het beste in onszelf naar boven halen.”
Robert Gesink
Via Strade Bianche, Tirreno-Adriatico, de Ronde van Catalonië en de Ardennenklassiekers werkte Robert Gesink toe naar het Critérium du Dauphiné.
Gesink staat aan de vooravond van zijn tiende Tour en als het aan hem ligt zeker niet zijn laatste. Gesink verlengde enkele maanden geleden zijn contract met Team Jumbo-Visma: “De ploeg en ik werken al zo lang met elkaar dat we inmiddels wel weten wat we aan elkaar hebben. Het team is in een stroomversnelling terecht gekomen de afgelopen jaren. Daar wil ik graag deel van uit blijven maken.”
Wout van Aert
Nog maar net uit de modder reed de kersverse vader Wout van Aert dit voorjaar naar een vierde plek in Strade Bianche, om vervolgens tweede te eindigen in het klassement van Tirreno-Adriatico. In het monument dat hij vorig jaar wist te winnen, Milaan-San Remo, eindigde hij derde. Met winst in de Amstel Gold Race besloot Van Aert zijn klassieke campagne in stijl, nadat hij eerder Gent-Wevelgem op zijn naam had geschreven.
Na een periode van rust kende Van Aert een flinke tegenslag. Een blindedarmontsteking vertroebelde zijn voorbereiding op de Tour de France. De 26-jarige Belg koos ervoor om het Critérium du Dauphiné te schrappen en zich langer op hoogte te begeven. Op het Belgisch kampioenschap speldde hij voor het eerst sinds half april weer een nummer op en met succes: Van Aert veroverde de Belgische titel. Hoe hoog zijn vorm werkelijk is, zal de komende weken blijken.
Tony Martin
Met vijfvoudig etappewinnaar Tony Martin brengt Team Jumbo-Visma een van de meest ervaren Tourrenners aan het vertrek. Van de deelnemende coureurs aan deze editie van La Grande Boucle heeft alleen Alejandro Valverde meer deelnames op zak.
Het veertiende profseizoen van de routinier begon in mineur, want dit voorjaar brak hij in de vijfde etappe van Parijs-Nice zijn elleboog. In de Ronde van Romandië maakte hij zijn rentree in het peloton. Onlangs wist hij in het Duits kampioenschap tijdrijden knap voor de tiende keer de nationale titel te behalen.
Mike Teunissen
Door een val op hoogtestage moest Mike Teunissen in 2020 de Tour de France laten schieten en ook door het voorjaar van 2021 kon een streep voor Teunissen. Een onfortuinlijke val op Tenerife leidde tot een knieblessure die hem tot aan de Ronde van Hongarije aan de kant hield. Bij zijn terugkeer in Hongarije was hij een keer dicht bij een etappezege. Daarna werkte hij aan zijn Tourvorm in de Ronde van Zwitserland.
Op het Nederlands kampioenschap streed Teunissen mee tot in de finale om het rood-wit-blauw en zag hij goede vriend en ploeggenoot Timo Roosen naar de titel rijden, om zelf als vierde te eindigen. Een bevestiging dat het met de Tourvorm van Teunissen wel snor zit.
Sepp Kuss
Vorig jaar maakte Sepp Kuss zijn debuut in de Tour de France en hij deed dat met verve. De Amerikaan stond kopman Roglic bij in het hooggebergte. Ook dit jaar rekent Team Jumbo-Visma weer op de klimcapaciteiten van Kuss. Bergop zo lang mogelijk bij Roglic en Kruijswijk blijven, is wat hem te doen staat.
“Ik denk dat ik op hetzelfde niveau zit als tijdens de Tour van vorig jaar. Ik voel me goed. We hebben geleerd uit de afgelopen koersen en de vorige editie van de Tour. Dat heeft ons een inkijk gegeven over de manier waarop we deze Tour aan kunnen vangen.”
Jonas Vingegaard
Jonas Vingegaard is de jongste renner in de Tourploeg van Team Jumbo-Visma. De 24-jarige Deen maakte afgelopen jaar naam op de beklimming van de Angliru in de Vuelta a España en bevestigde dit jaar zijn talent. In februari wist Vingegaard een etappezege te behalen in de UAE Tour, om een maand later twee ritten en het eindklassement te winnen van de Settimana Internazionale Coppi e Bartali.
In de daaropvolgende Ronde van het Baskenland liet Vingegaard zien dat die overwinningen geen toevalstreffers waren. Hij reed een verdienstelijke tijdrit en zorgde er in de laatste etappe mede voor dat kopman Roglic de eindzege kon behalen. De Tourdebutant zal in het midden- en hooggebergte in dienst rijden van zijn ploeggenoten en voor de rest is de Tour voor hem een leerschool op het hoogste niveau.